Send As SMS

vrijdag, juni 30, 2006

DE VIJFDE LEESRONDE: POËZIE

In deze vijfde leesronde ga je je verdiepen in poēzie.
Allereerst neem je de opdrachten uit de poëziemodule op in je leesverslag.
Vervolgens maak je in een groepje van 3 personen een leesverslag over een zestal gedichten.

Hoe ga je daarbij te werk?

In de mediatheek liggen een aantal dichtbundels.
1. Je maakt samen een keuze voor een dichter én een dichtbundel.
2. Je maakt een selectie van 6 gedichten die voldoende stof bieden om te analyseren.
3. Kopieer de gedichten, vermeld de volledige bron, en verdeel de gedichten over de groepsleden.
4. Zoek op Literom een biografie van de dichter.

Hoe maak je een verslag van een gedicht?
1. Je leest het gedicht aandachtig en je probeert te begrijpen wat de dichter wil zeggen.
2. Je maakt een verslag met behulp van de instructie in El Dorado pag. 106 / 107. Bij punt 4 (beoordeling) volg je de instructie voor het uitgebreid verslag.
3. Stap 1 en 2 herhaal je voor het tweede gedicht.

Maak een afspraak met z’n drieën voor de afsluitende bespreking. Deze bespreking moet minimaal de omvang hebben van 1 pagina A4-formaat.

1. Vergelijk de gedichten en geef enkele vormkenmerken die de gedichten gemeen hebben. (omvang, traditionele of moderne vorm, het genre, rijm, sfeer).
2. Is er sprake van overeenkomst in thematiek tussen de gedichten?
3. Zijn er elementen uit de biografie van de dichter die (duidelijk) herkenbaar zijn in de gedichten?

LEESVERSLAG 5 BESTAAT UIT:

· Kaft met daarop: naam van de dichter, naam van de bundel, naam van de groepsleden, naam van de docent, datum, illustratie [sic]
· Inhoudsopgave + paginanummering
· Antwoorden vraag 1 t/m 10 van de poëziemodule
· De zes gedichten
· Per gedicht een leesverslag
· De afsluitende bespreking (min. 1 pagina A4-formaat)
· De biografie van de dichter
· Een werkverslag: wie heeft welke gedichten geanalyseerd.

Zorg ervoor dat ieder groepslid de beschikking heeft over een eigen exemplaar voor het leesdossier! In WEEK 23 lever je per groepje 1 exemplaar in bij je docent.

KEUZELIJST POë[sic]ZIE

Maak een keuze uit het werk van de volgende dichters/dichteressen:

Judith Herzberg
Rutger Kopland
Ed Leeflang
Herman de Coninck
Remco Campert
Jean-Pierre Rawie
Jules Deelder
Anne [sic] Enquist
M. Vasalis
Willem Wilmink (geen kindergedichten !)
Lévi Weemoedt
Jan Eijkelboom
Willem van Toorn
Annie M.G. Schmidt (het werk voor volwassenen)
Hanny Michaelis
Remco Ekkers
Hans Vlek
Bart Chabot
Hans Dorrestijn
Rogi Wieg
Jan Arends
Hagar Peters [sic]
Quirien van Haelen (slam poetry; de laatste ontwikkeling op het gebied van poëzie [sic]; gedichten en informatie moet je van de website halen: www.quirien.com)
Bart Moeyaert
Menno Wigman

4 Comments:

Anonymous said...

Ik vind "Je maakt een selectie van 6 gedichten die voldoende stof bieden om te analyseren" het leukst. Hoe weet "je" wat voldoende stof biedt om te analyseren? Hoe weet je überhaupt wat a priori analyseerbaar is als de uitkomst van de analyse niet reeds vast ligt?

11:04 PM  
Anonymous said...

Waarmee ik wilde zeggen: dergelijk onderwijs neemt de vorm aan van vraag en analyse, maar is in wezen dogmatisch. Waarom vertellen we die jongens en meisjes niet gewoon dat Judith Herzberg een groot dichter is i.p.v. ze opdrachten te laten maken die bij die conclusie uitkomen? O ja, omdat het niet waar is.

11:09 PM  
Anonymous said...

Of nu ja, "groot", d.w.z. "goed analyseerbaar".

11:13 PM  
Anonymous said...

Here are some links that I believe will be interested

4:24 PM  

Een reactie plaatsen

<< Home